Paragrafen

4.3 Financiering

Schatkistbankieren

De staat verzekert met het schatkistbankieren dat met de middelen van de provincie geen onnodige financiële risico’s worden gelopen.

Op het aantrekken van middelen, dat via schatkistbankieren niet mogelijk is, wordt hier niet nader ingegaan omdat van het aantrekken van middelen in 2019 geen sprake is geweest. Gelet op de lange termijn liquiditeitsprognose zal dit voorlopig ook niet nodig zijn. Sinds de ingang van het verplicht schatkistbankieren per 15 december 2013 is het voor de provincie mogelijk om tijdelijk overtollige middelen uit te zetten bij Nederlandse gemeenten, waterschappen en provincies, voor zover deze niet onder het toezicht van de uitzettende overheid vallen. De rentevergoeding op deze uitzettingen is doorgaans (licht) hoger dan bij de schatkist. In 2019 heeft de provincie geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid aangezien de liquiditeitsprognose voor de lange termijn dit niet toelaat. Voor het bepalen van de hoogte, de looptijd en het rentepercentage van de te plaatsen deposito’s en uitzettingen wordt gebruik gemaakt van liquiditeitsprognoses en renteverwachtingen om de marktconformiteit vast te stellen.

ga terug
Deze pagina is gebouwd op 05/25/2020 13:38:14 met de export van 05/25/2020 13:35:31